Joris Iven |
ODE AAN DE VREUGDE
John James, 14 Weigerde zijn geweten op te offeren voor het betichten van een onschuldige handen geboeid aan een stoel; spijkerden ze zijn penis vast op de tafel met een vijftien centimeter lange nagel en lieten hem daar achter
bloed druipend tot de dood 3 dagen later
Hachelijke dood; als een onbeduidende daad ten aanzien van de moed van dit kind zongen we:
Oje wai wai, Moje oje wai, wai.
In woede ontstoken begonnen ze aan een dolle moordpartij.
Vuurwapens messen knuppels
zelfs traangasgranaten van dichtbij afgevuurd of rechtstreeks in de mond, ze blazen de achterkant van je hoofd weg en vele mannen stierven al zingend, die nacht.
Het gezang betrapt, overrompeld, gestaakt terwijl adem ontsnapt uit bebloede monden stollend in de stilte.
· Essays · Toneel |