BRUGGE
Het was altijd zomer, we ademden zeelucht en liepen op voetpaden in Brugge. Ik liep naast je. Ik kende je niet. Ik raakte je niet aan, zelfs niet achteloos. Je wierp een lange schaduw voor je uit. Het asfalt smolt van de hitte. Bij het stoplicht hielden we halt. Ik heb je niet aangekeken. We konden elkaars ademen horen. We vervolgden onze weg en onze schaduwen vielen over elkaar. Ik heb je niet willen volgen, maar ik ben evenmin van je weggegaan. Bij tussenpozen viel de schaduw van een boom over onze schaduw en besefte ik hoe klein we waren. Maar telkens weer bleven we ons lichaam en onze bewegingen in een schaduw vertalen. We hebben niet gepraat, maar we hebben heimelijk elkaars aanwezigheid gevoeld, in die straat. We hebben onze schaduwen gedeeld. Onze wegen zijn uit elkaar gegaan, maar we hebben omarmd wat ons heeft vertaald.
· Essays · Toneel |
Joris Iven |